Zowel gemeenten als de VNG zijn ervan overtuigd dat producten en diensten die gemeenten leveren een belangrijke plaats innemen binnen de gemeentelijke informatievoorziening. Allereerst omdat gemeenten daarover met inwoners en ondernemers communiceren. Zij nemen immers ‘producten’ bij de gemeente af en niet bijvoorbeeld ‘zaken’. Maar ook omdat kenmerken van het te leveren product bepalen of zouden kunnen bepalen hoe het leveringsproces en verantwoording daarover eruit ziet. Denk hierbij aan (wettelijke) behandeltermijnen, grondslagen en machtigingen.
Figuur 1 - Voorsgestelde samenhang tussen producttypen (beschikbaar in een Producten- en dienstencatalogus), de Universele Productnamenlijst (UPL), Zaaktypecatalogus (ZTC), Administratieve-handelingen en het Verwerkingenregister. Bron: PDC, UPL, Zaaktypen, verwerkingsregister en administratieve handelingen op GEMMA Online.
Sinds een aantal jaren wordt op een aantal fronten gewerkt aan (verdergaande) standaardisatie van (gemeentelijke) producten en diensten. Dit betreft zowel de ‘inhoud’ (naamgeving, beschrijving etc.) als de vorm die wordt gevolgd voor vastlegging daarvan (welke kenmerken van producten registreren we volgens welke structuur). Een selectie:
Andere gemeenten zijn bezig te onderzoeken hoe ze producten kunnen gebruiken voor het bepalen of afleiden van toegangsregels tot dienstverleningsinformatie (Den Haag) of termijn- en informatiebeheerkenmerken (Tilburg). En eerder dit jaar heeft Dimpact opdracht gegeven voor het op basis van bestaande producten en gemeentelijke behoeften ontwikkelen van een ‘Informatiemodel PDC’.
Naar aanleiding van het bovenstaande is het belangrijk een onderscheid te maken dat we in de GEMMA-referentiearchitectuur niet kennen. In die architectuur kennen we het bedrijfsobject ‘product/dienst’ dat is gedefinieerd als "een tastbaar goed of verzameling activiteiten die door de gemeente geleverd kunnen worden". Kijken we echter naar het doel van de hierboven beschreven ontwikkeltrajecten, dan hebben die eigenlijk betrekking op iets wat we 'producttypen' (dit is een werkaanduiding) zouden kunnen noemen. Zo'n producttype bestaat in de context van een producten- en dienstencatalogus (waarvoor we de werkaanduiding ‘producttypecatalogus’ hanteren) en moet gezien worden als een beschrijving van een product, waaruit duidelijk wordt onder welke voorwoorden een exemplaar van dat product aan een inwoner of ondernemer geleverd kan worden. Hierbij horen kenmerken als wettelijke (lever)termijnen, kosten en grondslagen.
Tegenover producttypen staan concrete producten (ook een werkaanduiding): de exemplaren van een product van een bepaald producttype die in concrete gevallen aan inwoners en ondernemers geleverd gaan worden of al geleverd zijn. Bij concrete producten horen bijvoorbeeld kenmerken als een verloopdatum (in geval van een uitgegeven paspoort of rijbewijs), een periode (bij een verleende ontheffing) of een bedrag (horend bij een verstrekte subsidie).
Zoals uit de naam al blijkt, zijn deze repository en de hieronder beschreven activiteiten gericht op het beschrijven van producttypen. Concrete producten zullen worden bekeken voor zover eventuele relaties met producttypen daarom vragen, maar vormen nadrukkelijk geen primair aandachtsgebied van deze repository, noch van de uit te voeren activiteiten.
Naar aanleiding van deze ontwikkelingen is aan de VNG gevraagd een informatiemodel voor producten en diensten vast te (laten) stellen. In reactie hierop voert de VNG voert in 2022 een beperkt aantal activiteiten uit. Deze leiden tot een ‘kern(informatie)model Producttypecatalogus’. Dit kernmodel biedt ons de mogelijkheid om de (resultaten van de) hierboven beschreven ontwikkelingen te toetsen op samenhang. En het biedt partijen die betrokken zijn bij die ontwikkelingen de mogelijkheid om in eigen behoeften te voorzien en tegelijkertijd onderlinge samenhang te waarborgen.
Het kernmodel model omvat die objecten, kenmerken en relaties die VNG en gemeenten beschouwen als ‘in ieder geval noodzakelijk’ binnen een gemeentelijke PDC. Daarbij laten we de mogelijkheid open dit ‘kernmodel’ later uit te breiden. Dit model bieden we gemeenten zonder verplichting tot gebruik ter referentie aan – we stellen het dus niet formeel vast. Wel hebben we hierbij de intentie dat dit model ‘klopt’. Een (beperkte) analyse van bestaande modellen en gemeentelijke behoeften moet dit waarborgen.
We hoeven bij de ontwikkeling van het kernmodel niet bij nul te beginnen. Eind 2021 is (naar aanleiding van de afstemming tussen Omgevingswet en SDG) een 0.7-versie van het CimPDC opgeleverd. Dit CimPDC dient als uitgangspunt voor het ‘kernmodel Producttypecatalogus’.
Om te komen tot het hierboven beschreven kernmodel worden de volgende activiteiten uitgevoerd:
Bij het uitvoeren van bovengenoemde activiteiten hebben we hulp nodig van gemeenten en andere betrokkenen. Bijdragen kan op verschillende manieren:
Documentatie over inhoud en proces bij dit project is te vinden in De docs-map van deze omgeving.
[to do: verzamelen, uploaden van en invoegen verwijzingen naar CimPDC, OpenPDC gemeente Buren, resultaten opdracht Dimpact]
Stuur een mail naar gemmaonline@vng.nl.